De crisis is een gezondheidscrisis, een economische crisis en een sociaal maatschappelijke crisis
Een jaar na de start van de coronacrisis hebben Nederlanders gemiddeld genomen nog steeds een hoge kwaliteit van leven. Er zijn echter kwetsbare groepen in de samenleving voor wie deze gemiddelden niet op gaan. Dat geldt bijvoorbeeld voor jongvolwassenen, mensen met een migratieachtergrond en mensen met een laag opleidingsniveau, maar ook voor zelfstandigen. De verschillen tussen groepen worden onder invloed van corona groter. Dat blijkt uit het rapport Een jaar met corona dat het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) woensdag 3 maart publiceerde. Met dit rapport blikt het planbureau terug op de sociale en maatschappelijke effecten van de coronacrisis tot het najaar van 2020.
De crisis is een gezondheidscrisis, een economische crisis en een sociaal maatschappelijke crisis. Kortom, de crisis raakt iedereen. De economische gevolgen lijken, mede door de economische steunmaatregelen voor veel mensen relatief beperkt. Als de economie echter verder zal krimpen en de werkgelegenheid zal dalen, kan dat, op termijn, ook leiden tot een lager welbevinden en tot een daling van het sociaal en politiek vertrouwen. Daarnaast zijn sociaal-maatschappelijke effecten van deze crisis, als psychische druk en eenzaamheid, nu al zichtbaar. Het SCP pleit daarom voor een integrale aanpak van de crisisbestrijding om deze problemen tegen te gaan en snel met herstelbeleid te starten.
Sociaal vertrouwen afgenomen, ervaren wrijving toegenomen
Waar in de eerste maanden saamhorigheid heerste, is het sociaal vertrouwen tijdens de tweede golf afgenomen en ervaart men meer wrijving tussen groepen. Zo namen de ervaren spanningen tussen oud en jong en tussen zieke en gezonde mensen toe, al zijn die nog steeds relatief laag in vergelijking tot andere groepen. In oktober legt een groot deel van de respondenten uit het onderzoek de schuld voor het hoge aantal corona-infecties bij jongeren. Over het algemeen voelen jongvolwassenen zich echter niet meer aangevallen in het coronadebat dan andere leeftijdsgroepen.
Kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt en in het onderwijs
De impact van een jaar lang coronacrisis vergroot kwetsbaarheden die we als samenleving daarvóór al hadden, zoals risico’s van de flexibele arbeidsmarkt voor economisch kwetsbare groepen. Mede door de steunpakketten van de regering is de economische klap beperkt gebleven. Toch kan baan- en inkomensverlies bij verschillende groepen (jongvolwassenen, laagopgeleiden, etc.) op den duur ook leiden tot een lager welbevinden. Kwetsbare kinderen (zoals kinderen van ouders met een lage sociaaleconomische status) lopen het meeste risico op leerachterstanden ten gevolge van thuisonderwijs. Dat kan leiden tot een lager onderwijsniveau en daarmee kleinere kansen op de arbeidsmarkt. Langdurige sluiting van scholen en kinderopvang heeft ook gevolgen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. De ontmoetingen die kinderen op school hebben met klasgenoten en docenten zijn belangrijk voor de ontwikkeling van leerlingen.
Jongvolwassenen op verschillende punten kwetsbaar door corona
Ook op jongvolwassenen, en zeker op jongvolwassenen met een lage sociaaleconomische status, heeft de coronacrisis grote impact. Jongvolwassenen zijn kwetsbaar omdat zij relatief vaak hun baan hebben verloren en de werkloosheid onder hen daardoor flink steeg. Maar deze groep is op meer punten hard geraakt door de coronacrisis, bijvoorbeeld door de maatregelen om de contacten van mensen in te perken. Juist jongvolwassenen hebben normaal gesproken veel contacten. Voor hen zijn contacten belangrijk voor de ontwikkeling van hun identiteit en voor succesvolle sociale ontmoetingen later in hun leven. Jongvolwassenen zijn gemiddeld minder tevreden met het leven dan andere groepen. Daarnaast is het psychisch welbevinden onder hen sterker gedaald sinds corona.
Welbevinden gedaald bij sommige groepen
Het welbevinden van Nederlanders bleef in het najaar gemiddeld stabiel ten opzichte van voorgaande jaren, maar niet bij iedereen. Niet alleen jongvolwassenen, onder wie ook scholieren en studenten, hebben vaker een laag psychisch welbevinden. Ook zelfstandigen zijn minder tevreden met het leven dan in de jaren voor corona. Mensen die zelf corona kregen of een naaste hebben die ernstig ziek werd of overleed hebben vaker dan anderen een laag welbevinden, net als mensen die zelf inschatten dat zij extra risico lopen als ze het virus krijgen. Baanverlies hangt ook samen met een laag (psychisch) welbevinden. De groep die met baanverlies te maken kreeg groeide het afgelopen jaar.