Het Rijksjaarverslag VWS 2016 geeft aan dat het ook afgelopen jaar gelukt is de groei van de zorguitgaven te remmen.
Daarmee is 2016 het vierde jaar op rij waarin de zorgkosten minder hard stijgen dan was verwacht. De premie 2016 was vergelijkbaar met 2011, bovendien met een breder pakket dan in 2011. “Het is goed nieuws voor alle premiebetalers dat we er ook in 2016 met elkaar in zijn geslaagd de kostenstijging in de hand te houden zonder afbreuk te doen aan de toegang tot zorg”, zegt ZN-voorzitter André Rouvoet.
Maar het Jaarverslag wijst er ook op dat er geen reden is om tevreden achterover te leunen. Volgens het Centraal Planbureau zullen de zorguitgaven zonder nieuwe maatregelen onder een nieuw kabinet stijgen met 3,4% en daarmee een fors beslag leggen op de verwachte economische groei.
“Nog los van nieuwe beleidsmaatregelen van een nieuw kabinet is het van belang dat zorgverzekeraars hun rol adequaat kunnen blijven uitoefenen”, zegt Rouvoet. Zorgverzekeraars sturen primair via de zorginkoop: zij onderhandelen met zorgverleners en -instellingen over de hoeveelheid, de kwaliteit en de prijs van de zorg. Daarbij moeten ze zeker stellen dat ze voldoende en goede zorg voor hun verzekerden inkopen, maar ook niet meer dan nodig en tegen een verantwoorde prijs. “Goede afspraken tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars zijn dus cruciaal”, aldus Rouvoet. “Daarom wijzen wij er ook steeds op dat het voor zorgaanbieders lonend moet blijven om een contract te sluiten met zorgverzekeraars.
Als zorgverzekeraars wettelijk verplicht zijn relatief hoge vergoedingen te betalen voor niet-gecontracteerde zorg, kan dat de effectiviteit van de zorginkoop onder druk zetten. Dat is niet in het belang van de zorgaanbieders die wél afspraken met zorgverzekeraars maken en uiteindelijk ook niet in het belang van de verzekerden, omdat kostenstijging en dus premieverhoging dan op de loer liggen.”