De toelating is bijzonder. Slechts heel zelden laat de EMA een geneesmiddel toe dat op initiatief van arts-wetenschappers is onderzocht en effectief bewezen

Goed nieuws voor kinderen met MCT8-deficiëntie, een superzeldzame genetische schildklierziekte . De Europese medicijnwaakhond EMA heeft het geneesmiddel tiratricol goedgekeurd . Dit medicijn is voor deze patiëntengroep herontdekt en onderzocht door Erasmus MC. ‘Ontzettend mooi dat dit medicijn straks voor patiënten in heel Europa te krijgen is.’   

De toelating is bijzonder. Slechts heel zelden laat de EMA een geneesmiddel toe dat op initiatief van arts-wetenschappers is onderzocht en effectief bewezen.  

Tot dusverre zijn wereldwijd slechts 600 patiënten bekend met MCT8-deficiëntie, ook wel het Allan-Herndon-Dudley Syndroom genoemd. Veel kinderen met dit syndroom overlijden voor hun 18e levensjaar.   

Oud middeltje herontdekt  
Tenminste, dat wás zo, totdat het team van endocrinoloog prof. dr. Edward Visser van Erasmus MC ontdekte dat een oud, bijna vergeten middeltje uit de jaren vijftig werkzaam is tegen MCT8-deficiëntie. Het middel werkt zó goed dat Visser goede hoop heeft dat patiënten ouder zullen worden dan ooit.   

Dat tiratricol – ook bekend als emcitate of triac – nu op de Europese markt mag komen, is te danken aan de inspanningen van het team van Visser, dat versterking kreeg van het Zweedse Egetis Therapeutics.  

In 2019 publiceerden Visser en zijn team de eerste grote effectiviteitsstudie naar het geneesmiddel dat straks door Egetis Therapeutics op de markt wordt gebracht. ‘Het is ontzettend mooi dat dit medicijn straks te verkrijgen is voor patiënten in heel Europa,’ zegt Visser.  

Energiehuishouding  
Hij legt uit: ‘Bij MCT8-deficiëntie kunnen de hersencellen van een patiënt het schildklierhormoon T3 niet opnemen. Dat hormoon is essentieel voor een gezonde energiehuishouding van alle lichaamscellen. Nemen de hersencellen geen T3 op, dan blijft de ontwikkeling van de hersenen achter.’   

Tegelijkertijd ontstaat in overige weefsels juist een grote overmaat van T3. Het gevolg is een hoge hartslag, ernstig ondergewicht en nauwelijks spieren. Kinderen zijn bijna allemaal afhankelijk van een rolstoel en hebben dikwijls de motorische en cognitieve ontwikkeling van een kind van drie maanden. Het nieuwe geneesmiddel is een op T3 gelijkend molecuul dat wél in de hersencellen terecht komt. 

De vondst van het middel is een bijzonder verhaal.   

Het Technology Transfer Office (TTO) van Erasmus MC helpt wetenschappers met ondernemerschap om vindingen als die van Visser op de markt te brengen. De euforie is daar groot. ‘Dit is een prachtig voorbeeld van wetenschapsvalorisatie’, vertellen Robert Al en Jelle Eikelhof, respectievelijk directeur en business development manager bij het TTO.  

Te hulp
‘Het oude middel uit de jaren vijftig werd alleen geproduceerd door een bedrijfje in Frankrijk. Dat ging ermee stoppen omdat zij niet uitgerust waren om registraties aan te vragen en om de productie wereldwijd uit te rollen. Dit konden wij zelf ook niet, en het is bovendien geen primaire taak van een academisch ziekenhuis.’  

Ook alle processen om een nieuwe toepassing van een geneesmiddel voor toelating op de markt gereed te maken is een kostbaar vak apart. ‘Egetis Therapeutics kwam ons te hulp. Het werd onder andere mede-financier van vervolgstudies voor de FDA en de EMA.’ 

Het Technology Transfer Office gaf het bedrijf een licentie om, met het gebruik van de data uit deze studies, te komen tot wereldwijde registratie én tot geprotocolleerde productie van tiratricol. ‘Egetis Therapeutics heeft vele tientallen miljoenen geïnvesteerd in de ontwikkeling: van herformulering en opschaling van de productie tot het faciliteren van vervolgstudies en het intensieve contact met de FDA en de EMA.’   

Brede beschikbaarheid   
Met het medicijn dat de Zweden vervolgens maakten, konden de studies worden voortgezet en konden honderden patiënten worden behandeld. Visser: ‘Op dit moment krijgen al meer dan 230 patiënten in meer dan 25 landen het medicijn. Dit gebeurt via het ‘Expanded Access’ programma van Egetis Therapeutics, waarbij patiënten die niet konden wachten op formele goedkeuring, toch al toegang kregen tot het medicijn.’  

Nu de EMA groen licht heeft gegeven, kan Egetis Therapeutics het middel gaan produceren voor de Europese markt. Het zal nu eerst met de grootste Europese landen gaan onderhandelen over de prijs van het middel. ‘Dat is een proces waar wij als academische licentiegever geen invloed op hebben. Het is aan de Europese zorgverzekeraars om het te gaan vergoeden aan hun patiënten. Maar Egetis Therapeutics heeft zich gecommitteerd aan ons streven om zoveel mogelijk patiënten wereldwijd toegang te geven tot tiratricol’, leggen Al en Eikelhof uit.  

Royalty’s  
Het Technology Transfer Office heeft met de Zweedse fabrikant afspraken gemaakt over royalty’s omdat veel cruciaal vooronderzoek door Erasmus MC is gedaan. ‘We krijgen een deel van de omzet’, vertelt Al. ‘Dat geld stroomt terug naar de wetenschappers van Erasmus MC, onder andere naar het onderzoek van Edward Visser. Dit is hoe het in de toekomst vaker zal gaan, nu de overheid de geldkraan voor fundamenteel onderzoek steeds verder dichtdraait.’  

Wat er met de verdiensten moet gebeuren, daar heeft Visser wel ideeën over. ‘Ik wil graag geld steken in onderzoek dat door nieuwsgierigheid wordt gedreven. Zo is ook de kiem voor tiratricol gelegd. Ook kunnen we geld steken in studies met een lange looptijd. We hebben straks ook de middelen om uit de hele wereld knappe koppen aan ons centrum binden. Deze verdiensten geven dus veel wetenschappelijke vrijheid.’  

Van de 10.000 lumineuze ideeën en hypothesen van medische wetenschappers, belandt uiteindelijk gemiddeld maar één goed idee als pil in een potje, schetsen Al en Eikelhof. De rest van de 9999 ideeën sneuvelt op de weg ernaartoe. ‘Soms al in het lab omdat een veronderstelling toch niet blijkt te werken. Maar vaak ook pas in fase 1, 2 of zelfs nog fase 3 van het geneesmiddelenonderzoek. Dat er nu dus een hypothese van Erasmus MC in een potje is beland, vinden we ontzettend bijzonder.’

Aan de ontdekking van het geneesmiddel werkten naast Edward Visser ook de onderzoekers dr. Stefan Groeneweg, dr. Ferdy van Geest, Floor van der Most en Matthijs Freund. 

Bron: Erasmus MC