Volgens de Gezondheidsraad is het niet meer nodig om een interval van 12 weken aan te houden
Het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu heeft de richtlijn aangepast voor het interval tussen twee prikken met AstraZeneca. Het interval kan nu plaatsvinden tussen 6 en 14 weken. De richtlijn is aangepast op basis van het advies van de Gezondheidsraad. Omdat inmiddels voldoende vaccins beschikbaar zijn voor de groep 60-64-jarigen, is het volgens de Gezondheidsraad niet meer nodig om een interval van 12 weken aan te houden.
Op basis van het advies van de Gezondheidsraad heeft het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport besloten om het interval tussen de eerste en tweede prik AstraZeneca waar mogelijk te verkorten binnen de ruimte die de bijsluiter hiervoor biedt. De bijsluiter van het AstraZeneca vaccin geeft een interval van 4 tot 12 weken voor het zetten van een tweede vaccinatie.
Eerder is het interval van 12 weken (10-14 weken in de praktijk) aangehouden om zo meer mensen de gelegenheid te bieden een eerste vaccinatie te ontvangen. Nu er meer vaccin beschikbaar is om de groep mensen die gevaccineerd is met AstraZeneca van een tweede prik te voorzien, kan waar gewenst worden teruggegaan naar een kortere interval tussen 6 tot 12 weken. Er is nog steeds ruimte voor een uitloop naar 14 weken. Er is geen vast interval gekozen. Wel is er nu de mogelijkheid om volledige vaccinatie te versnellen waar dat verantwoord en haalbaar is.
Optimale interval
De Gezondheidsraad geeft aan dat het op basis van de op dit moment beschikbare studies niet mogelijk is te adviseren over het meest optimale interval. Er is wel een trend die erop wijst dat een langer interval een wat hogere bescherming geeft. Maar er is onvoldoende wetenschappelijk bewijs beschikbaar om hier precieze uitspraken over te doen. Daarom adviseert de Gezondheidsraad het interval aan te houden dat in de productinformatie staat: tussen 4 en 12 weken.
Tweede afspraak
Mensen die al een afspraak hebben voor een tweede vaccinatie met AstraZeneca kunnen deze afspraak in principe laten staan. Door het aangepaste interval is er wel ruimte voor de huisartsen om de tweede afspraak een aantal weken naar voren te halen. De planning van de vaccinleveringen van het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu aan de huisartsen wordt op basis van de kortere interval aangepast.
De GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst zal afspraken die gepland staan na 21 juni gaan vervroegen. Ook ziekenhuizen en ggz geestelijke gezondheidszorg -instellingen die nog tweede prikken met AstraZeneca moeten geven, kunnen het interval waar mogelijk aanpassen.