De besmettingsgraad is nog hoog. Dat is ernstig en zorgelijk
Werk weer thuis, tenzij het niet anders kan, en zorg voor voldoende frisse lucht in binnenruimtes. Dat zeiden minister-president Rutte en minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport De Jonge op 19 juli na afloop van de wekelijkse bijeenkomst van het kabinet, waarbij wordt gesproken over de situatie rond de COVID-19 pandemie.
Helaas is de besmettingsgraad nog hoog. Dat is ernstig en zorgelijk. Daarom gaan we voorlopig terug naar het oude advies: werk thuis, tenzij dit niet anders kan. Thuiswerken is een van de manieren om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan, het helpt om het aantal contactmomenten te verminderen.
De herinvoering van het thuiswerkadvies kwam al aan de orde in het COVID-19 debat in de Tweede Kamer op woensdag 14 juli. Vanaf vandaag gaat dit dringende advies daadwerkelijk in.
Frisse lucht als aanvullende basisregel
Tijdens dit debat is ook afgesproken dat het zorgen voor voldoende frisse lucht in binnenruimtes toegevoegd wordt aan de basisregels. Onder bepaalde omstandigheden kan besmetting namelijk ook plaatsvinden via virusdeeltjes in de lucht. Frisse lucht helpt om de overdracht van het virus te beperken. Het is daarom belangrijk dat lucht vaak ververst wordt.
Dat kan door thuis een raampje of ventilatierooster open te laten staan en dagelijks meerdere keren goed door te luchten door ramen en deuren tegen elkaar open te zetten. Voor ruimtes op scholen, in kantoren en in de horeca waar mensen samenkomen, geldt ook dat er regelmatig doorgelucht moet worden of dat de luchtverversingsinstallaties zo ingesteld zijn dat regelmatig verse lucht het gebouw in wordt gebracht.
Het blijft belangrijk om ook de andere basisregels in acht te blijven nemen: handen wassen, 1,5 meter afstand houden en thuisblijven bij klachten en je laten testen.
Deze adviezen over thuiswerken en frisse lucht in binnenruimtes komen bovenop het maatregelenpakket van zaterdag 10 juli.
COVID-19-overleggen tijdens zomerreces kabinet
Van 9 juli tot 9 augustus 2021 is het kabinet formeel met reces. Voor wat betreft de COVID-19-pandemie komen de meest betrokken ministers echter gewoon bij elkaar. Onder normale omstandigheden overleggen zij twee keer per week: Iedere maandag een fysiek overleg, waarbij na afloop een korte toelichting aan de media wordt gegeven. Op de woensdag spreken de bewindspersonen elkaar telefonisch. Wanneer de situatie daarom vraagt, en besluitvorming nodig is, dan wordt een Ministeriële Commissie COVID-19 bijeengeroepen.
Vanaf 9 augustus wordt het normale vergaderritme weer opgepakt. Dan komt het kabinet weer meerdere keren per week bij elkaar om over de pandemie te praten. Tijdens de eerste Ministerraad na het reces, op vrijdag 13 augustus, wordt het hele pakket maatregelen opnieuw gewogen op basis van de actuele informatie.