Een op vier kans dat chemotherapie aanslaat bij patiënten met blaaskanker

Amerikaanse onderzoekers hebben samen met uroloog dr. Tahlita Zuiverloon van het Erasmus MC Kanker Instituut de prestigieuze R01-grant binnengehaald. Het team krijgt 3 miljoen dollar voor onderzoek naar de biologie van chemoresistentie bij blaaskanker.

Een op vier: dat is de kans dat chemotherapie aanslaat bij patiënten met blaaskanker. Maar bij wie het werkt en bij wie niet, is momenteel niet te voorspellen. Dat moet anders, vindt uroloog dr. Tahlita Zuiverloon. In een nieuw onderzoeksproject gaat ze op zoek naar de oorzaak van de chemoresistentie.

Financiering komt van de R01-grant, die de Amerikaanse wetenschappers prof. Dan Theodorescu van Cedars-Sinai in Los Angeles en dr. James Costello van de University of Colorado in Denver kregen toegewezen samen met Zuiverloon. In totaal gaat het om een bedrag van 3 miljoen dollar.

Het Rotterdamse deel van het onderzoek richt zich op blaaskankerorganoïden. Dat zijn driedimensionale mini-blaastumoren, gemaakt van tumorcellen van de patiënt, die in het laboratorium in leven gehouden worden. Dit biedt de kans om buiten het lichaam te testen hoe de tumor reageert op chemotherapie.

Zuiverloon: ‘Uit eerder onderzoek weten we al dat de reactie van de organoïde overeenkomt met wat er bij de patiënt gebeurt. Als de organoïde doorgroeit, ondanks hoge concentratie chemotherapie, zien we vaak dat chemo bij de patiënt ook niet aanslaat. Als we dat van tevoren weten, kunnen we patiënten de chemotherapie besparen.’

Biobank
De organoïden bieden ook kansen om nieuwe medicijnen te testen en het mechanisme achter de chemoresistentie te ontrafelen. Zuiverloon werkt hiervoor samen met moleculair bioloog dr. Tokameh Mahmoudi van het Erasmus MC, die gespecialiseerd is in organoïden. Inmiddels hebben Zuiverloon en Mahmoudi een biobank met blaaskankerorganoïden van 200 patiënten aangelegd.

Concurrentie
De R01 is de grootste subsidie die wordt toegekend door de Amerikaanse National Institute of Health (NIH). De concurrentie voor de financiering is groot, zo blijkt uit het honoreringspercentage van 10 procent. Dat het hen wel is gelukt de financiering binnen te halen, is volgens Zuiverloon te danken aan het bijeenkomen van verschillende disciplines binnen de samenwerking met de Amerikaanse partners. De nauwe band met Amerika is het resultaat van de Erasmus MC-fellowship waarbij Zuiverloon tussen 2017 en 2019 in het lab van prof. Theodorescu werkte als research fellow.

Zuiverloon kijkt ernaar uit om weer een aantal dagen van haar week aan onderzoek te besteden. ‘Wanneer je als instituut wilt meedoen op een hoog niveau qua onderzoek, heb je tijd en ruimte nodig. Ik vind het goed dat het Erasmus MC daarin investeert.’