Wetenschappers en artsen zoeken naarstig naar ingangen voor nieuwe behandelmogelijkheden van de agressieve hersentumor glioblastoom
De hersentumor glioblastoom komt altijd terug na de behandeling en is dan dodelijk. Het zijn veranderingen in de omgeving van de kankercellen die de tumor agressiever maken. De tumorcellen zelf blijven vrijwel hetzelfde over tijd. Dat ontdekten wetenschappers van het Erasmus MC.
Wetenschappers en artsen zoeken naarstig naar ingangen voor nieuwe behandelmogelijkheden van de agressieve hersentumor glioblastoom. Twee jaar na de diagnose is nog slechts twintig procent van de patiënten in leven. De tumor keert vrijwel altijd terug na een behandeling met een combinatie van een operatie, chemotherapie en bestraling. Genezing is niet mogelijk.
Evolutie glioblastoom
Onderzoek naar de tumor leverde nog weinig ingangen op om de agressiviteit van de tumor te remmen, vertelt Youri Hoogstrate, bio-informaticus aan het Erasmus MC Hersentumorcentrum. In een nieuwe studie, gepubliceerd in Cancer Cell, pakken hij en collega’s het daarom breder aan. Ze brachten de evolutie van glioblastoom in kaart door de oorspronkelijke en de teruggekeerde tumor van 165 patiënten te vergelijken.
Zo ontdekten ze dat de kankercellen zelf niet of nauwelijks veranderen over tijd. Maar in een tumor zitten ook andere cellen en daar zagen ze wel een verandering. In de teruggekeerde tumor zaten meer zenuwcellen, witte bloedcellen genaamd macrofagen en meer cellen die de beschermingslaag rondom zenuwcellen aanmaken (oligodendrocyten).
Korter overleven
Ook in de omgeving van de tumor zagen ze iets gebeuren. Ze ontdekten dat de samenstelling van het netwerk van eiwit om cellen heen, de extracellulaire matrix, verandert als de tumor terugkeert. Ze zagen vooral veranderingen in pericyten: dat zijn cellen die rondom bloedvaten zitten. Hoe meer van deze veranderingen in de extracellulaire matrix, hoe korter patienten overleefden.
‘Helaas is een concrete nieuwe behandelmethode nog ver weg’
Of en hoe de veranderingen precies de terugkeer van de tumor veroorzaken is volgens de onderzoekers lastig te zeggen. ‘De extracellulaire matrix zorgt voor stevigheid, maar kan ook het gedrag van de cellen beïnvloeden. Maar of dat hier het geval is of dat de veranderingen bijvoorbeeld worden veroorzaakt door de behandeling, weten we nog niet. Dat moeten we verder uitzoeken’, aldus onderzoeksleider Pim French.
‘Ik kan me niet voorstellen dat deze inzichten nergens toe leiden, maar helaas is een concrete nieuwe behandelmethode nog ver weg. Dat blijft uiteraard wel ons doel’, aldus French.